Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Hoe God verscheen in de Vinexwijk

Deel:

Het was letterlijk en figuurlijk braakliggend terrein waar predikant Rolinka een paar jaar geleden terechtkwam. ‘Ik wist eigenlijk niets. Ik moest maar gewoon beginnen met wat ik aantrof…’

Midden op een braakliggende bouwkavel stond een klein vervallen huisje. Veenhuisje, las het bord boven de deur. Het was een koude februarimiddag. Ik weet het nog als de dag van gisteren. Ik parkeerde mijn auto en liep wat nerveus naar de deur. Geen idee wat ik hier zou aantreffen.

Het rook er naar koffie uit van die grote koffie-apparaten waar je kannen tegelijk uit kunt tappen. Een vertrouwde kerkgeur. Ik riep vanuit de gang: ‘Joehoeee, is daar iemand?’ Alras verscheen er een hoofd om de hoek van een andere deur.

Braakliggend terrein. Alles lag open

‘We zitten hier, kom maar verder.’ En daar zaten ze, ongeveer tien mensen. Jong en oud (meer jong dan oud): de beroepingscommissie van de Veenkerk. Ik heb geen idee meer waar we het allemaal over gehad hebben. Wat ik nog wel heel goed weet, was het gevoel van ruimte, heel veel ruimte. Braakliggend terrein. Alles lag open. En of ik daar heil in zag, was de vraag. ‘Absoluut! Dat is toch gaaf!’ (Ik weet niet meer dat ik dat gezegd heb, maar iemand wist me dat jaren later nog te vertellen).

Míjn grootste onzekerheid lag in het gegeven dat ik net gescheiden was. Of dat een probleem was. ‘Voor ons niet, voor jou wel dan?’ Ik herinner me dat ik het antwoord op die vraag met een overtuigd ‘Nee, nee, nee, zeker niet’ heb gegeven. Inmiddels is wel gebleken dat mijn burgerlijke staat destijds heel erg Vinex is. Zeker wat betreft Vathorst. 

En zo is het gekomen dat de Veenkerk en ik een duurzame relatie aangingen. Daar in die Vinexwijk, op die braakliggende bouwkavel. Er was geen kerk, wel een kleine gemeenschap.

Ook jonge mensen sterven

Mijn eerste telefoontje – ik was nog niet eens bevestigd – was van een uitvaartondernemer. En díe had ik zo direct niet aan zien komen. Er wonen nauwelijks sterfelijke mensen in de Vinexwijk was mijn overtuiging. Mijn eerste les geleerd. Ook jonge mensen sterven. Plotseling. En dan hebben ze kinderen van vier en zes.

Ik werd meteen in het diepe gegooid, want van een klassiek kerkelijke uitvaart was geen sprake. Mijn ervaring was zeer gering op dat gebied, de niet-klassiek-kerkelijke-uitvaarten bussiness, bedoel ik dan. En wat te denken van de shock. Het was een van de eerste nogal heftige overlijdensgevallen in de hele wijk.

Ik herinner me de rustgevende werking van de Bach-bloesem, een homeopathisch middel tegen zenuwen.

Na de uitvaart zijn de weduwe en ik nog lang bevriend gebleven. Dat is langzaamaan verwaterd. Onze wegen kruisten elkaar steeds minder. Voor haar is de Veenkerk op de achtergrond aanwezig. Het hele gebeuren heeft niet geleid tot een actieve betrokkenheid. Dat is niet erg, zo gaat dat.

Gewoon maar beginnen

Deze gebeurtenis en de nasleep ervan hebben mijn visie op de Vinex in één klap net zo open en braakliggend gemaakt als de wijk die ik aantrof. Ik wist eigenlijk niets. Ik moest maar gewoon beginnen met wat ik aantrof… En dat is zo’n ontzettend leerzame weg geworden. In die weg ga ik jou meenemen. Hoe God kan verschijnen in de Vinex. Altijd anders. En altijd onverwacht.


Rolinka is pionierend predikant in de Amersfoortse Veenkerk. Voor Lazarus schrijft ze over haar werk als predikant in een Vinexwijk.

Geschreven door

Rolinka Klein Kranenburg

--:--