Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Wat Kierkegaard je kan leren over Facebook, Instagram en Twitter

Een glanzend CV op LinkedIn, je mening op Twitter en perfecte plaatjes op Facebook en Instagram: volgens Geert Jan leert Kierkegaard dat wat meer ironie en subjectiviteit ons bevrijdt van de ratrace in succesvol en gelukkig zijn.  

Deel:

Je zou er doodmoe van kunnen worden, ik tenminste wel, van het moderne openbare leven. Dat lijkt toch vooral te bestaan uit het online schermen met meningen en het goochelen met beelden en imago’s.

Een tijd als de onze vraagt dan ook om waarheid en objectiviteit, zou je denken. Maar als ik Søren Kierkegaard lees over ironie en subjectiviteit neig ik naar een andere conclusie. In plaats van met mijn mening het strijdtoneel te betreden, is het misschien wel zaak om vooral anderen te bevragen over wat ze zo zeker lijken te weten. In plaats van mijn visie als objectiever in stelling te brengen, is het misschien wel beter om mijn leven te ‘leven’.

Met ironie op zoek naar de waarheid

Al vanaf zijn proefschrift schrijft Kierkegaard over ironie, en -meer nog- hij bedrijft het. Dat begrip is overigens nog niet zo makkelijk te definiëren. Het kan zijn ‘het tegenovergestelde beweren van wat je eigenlijk wil zeggen’, maar het is ook in bredere zin ‘negatie’ en deconstrueren van stellingen.

Een levenslange held van Kierkegaard, Socrates, deed dat vaak aan het begin van zijn beroemde dialogen. Hij trad zijn gesprekpartner bijvoorbeeld tegemoet met ‘u weet nogal veel, en ik eigenlijk niets, dus kunt u mij eens uitleggen hoe …’ Meestal leidde dat tot een gesprek dat zijn ‘tegenstander’ in grote verwarring achterliet. Uit de tent gelokt met ironie en uitgenodigd door telkens nieuwe vragen ontdekte iemand zelf hoe wankel zijn overtuigingen waren. Op allerlei aannames gebaseerd en vol vanzelfsprekendheden die steeds minder vanzelfsprekend werden. Maar met ironie vragen stellen en verwarring zaaien was voor Socrates geen doel op zich. Hij was wel degelijk op zoek naar waarheid.

En dat is precies wat Kierkegaard zo in hem aanspreekt: het zoeken naar waarheid die niet begripsmatig te verwoorden is en die niet systematisch uit te leggen valt. Waarheid die geleefd moet worden. Om die op het spoor te komen moet je veel durven afbreken in jezelf, maar moet je ook weten wanneer je met afbreken moet stoppen en tot handelen moet overgaan.

Uitverkoop van de waarheid

Socrates en Kierkegaard waren geen relativistische denkers, integendeel. Maar ze relativeerden wel van alles en niet in de laatste plaats ons denken. Want met denken alleen kom je juist in relativisme terecht.
De sofisten, de denkers die in Socrates’ tijd populair waren, konden je helpen elke willekeurige waarheid met argumenten te verkopen. En ze kregen daar ook nog eens goed geld voor. Dat was een soort relativistische uitverkoop van de waarheid waartegen Socrates zijn ironie in stelling brengt.

Kierkegaard ziet de goedbetaalde geestelijkheid in zijn tijd ook als een soort sofisten. Het Evangelie van Jezus (hét teken van tegenspraak) aan de man brengen met redelijke argumenten vanuit een comfortabele arbeidspositie: hij gruwt ervan.
Maar hij heeft ook geen goed woord over voor een stroming die op het eerste gezicht nogal alternatief lijkt: de Romantiek. De Romantici waar Kierkegaard zich vaak tegen afzet, stelden hun denken helemaal in dienst van emotie en gevoel, en legden de basis voor onze cultuur van authenticiteit en ‘je leven als je eigen project’. Dat soort romantici zegt niet te geloven in een absolute waarheid, maar maken in feite hun eigen positie (en redeneringen) superieur en absoluut. Zo’n individualistische absolute waarheid is niets anders dan een andere vorm van relativisme.

Zelfwording, niet als het ingraven in standpunten of construeren van een identiteit, maar in omarming van jezelf en van het leven gewoon maar voorwaarts bewegen.

Uiterlijk en innerlijk eerlijk laten samenkomen

Met wat fantasie zou je de Twitteraars van nu als sofisten kunnen zien, de Facebookers en Insta-types als de Romantici. Tegenover die beide houdingen, levenswijzen, brengen Socrates en Kierkegaard de ironie in stelling. En de subjectiviteitIronie om alles wat oneigenlijk is op het spoor te komen, alles wat een constructie is af te breken, alles wat je van een daad-werkelijk geleefd leven afhoudt te ontmaskeren.

Subjectiviteit is de positieve kant van de medaille. Waarheid -die waarheid is voor jou- ontdekken en ernaar gaan handelen. Die waarheid ontspringt overigens niet aan jezelf, maar wordt je ook niet zomaar opgelegd van buiten. Subjectief worden in de zin die Kierkegaard bedoelt, is een proces van toe-eigening aangaan. Het aandurven om uiterlijk en innerlijk alsmaar opnieuw eerlijk te laten samenkomen. Stappen zetten in vertrouwen. Zelfwording, niet als het ingraven in standpunten of construeren van een identiteit, maar in omarming van jezelf en van het leven gewoon maar voorwaarts bewegen.

Het volgen van de meester in ironie

‘Je ziel verwerven in geduld’, noemt Jezus dat in Lucas 21 vers 19. Hij geeft dat als instructie na een gruwelijke schets van de verwoesting van Jeruzalem, en vlak voor het verhaal over een grote verdrukking. Te midden van rumoer en onrust, van dreiging en gedoe klinkt: ‘Door middel van volharding (geduld) zult ge uw levens-en-zielen winnen!’

Hoe ironisch kun je zijn? Jezus is volgens Kierkegaard overigens een meester in de ironie met al zijn tegenvragen, beeldspraken, metaforen en ‘onduidelijke’ antwoorden.

Het is dan ook meer dan vreemd dat ook christenen zich regelmatig verliezen in sofistisch geredeneer en romantische ego-projecten. Als de waarheid niet in redeneringen bestaat, noch in vanuit gevoel opgebouwde levensprojecten, maar als de Eeuwige in de tijd is gekomen als persoon, dan is subjectiviteit het volgen van die Persoon op je eigen persoonlijke wijze.

Ook als de tijden roerig zijn en je liefst Twitter zou bestormen met jouw mening, ook als de maatschappelijke druk groot is om jouw CV te laten glanzen op Linkedin, ook als we zogenaamd positief moeten denken en leven en dat vooral moeten delen op Facebook en Instagram.

Leve de ironie die dat afbreekt! Leve de kwetsbare subjectiviteit die dan tevoorschijn kan komen!

Geert Jan is Kierkegaard-kenner en schreef al menig blog over de inzichten die hij opdeed uit de werken van de grote Deense denker. Je vindt er hier een aantal. 

Geschreven door

Geert Jan Blanken

--:--